Kunstacademie Sint Joost Breda, omstreeks 1982.
Als eerste- of tweedejaars student vrije grafiek kreeg Jop de opdracht om een voorstelling voor publiek te verzorgen, een performance. Jops invulling ervan vergeet ik niet. Hij bedacht een opzet om zijn toeschouwers te trakteren op een bijzondere behandeling.
Het publiek bestond uit docenten en studenten, een groep van zo’n vijftig mensen. De voorstelling vond plaats in een groot lokaal met lege witte wanden en tl-verlichting in het plafond. In het midden waren rijtjes stoelen achter elkaar neergezet, in een rechthoek.
De mensen kwamen binnen en gingen zitten. De groep werd helemaal bedekt onder een enorme lap zwart landbouwplastic, waarin gaatjes waren geprikt voor de ventilatie.
Verspreid in het lokaal stonden allerlei voorwerpen en instrumenten waarmee geluiden en klanken gemaakt konden worden: een verzameling trommels, een akoestische gitaar, misschien een trompet? Maar ook kartonnen dozen, ritselend papier, lege prullenbakken, lege flessen, metalen voorwerpen, deksels en pannen. Een team van vijf of zes klasgenoten en vrienden van Jop kon beginnen aan een concert van lawaai in beweging voor een blind publiek.
Zacht getrommel, getokkel op de gitaar en het geluid van karton dat aan stukken werd gescheurd vormden een subtiele inleiding. Na korte tijd gingen alle registers open. Al rondrennend, bewegend naar de zwarte berg in het midden en er weer vandaan, als losgeslagen idioten brachten de kompanen zoveel herrie voort als ze maar konden. Er werd geschopt tegen prullenbakken zodat ze door het lokaal heen vlogen, er klonk glasgerinkel en er werd vlak boven de hoofden van het publiek met pannen en deksels geslagen.
De kolkende kakafonie van lawaai duurde een minuut of vijf. Na een stopteken bedaarde de storm. Met een ruk werd het zwarte plastic zeil van het publiek af getrokken. Een vochtige, warme walm van verbruikte lucht golfde omhoog van de groep. Stil en lichtelijk verdwaasd knipperden de mensen met de ogen. ‘Wat een kwelling’, kreunde iemand. ‘Wat een ervaring, fantastisch!’ fluisterde een ander. ‘Het zeil leek net een sterrenhemel door al die gaatjes!’ zei iemand bewonderend.
Men was onder de indruk.
Ko Baljet